Verlangend kijkt ze in de verte. Daar lopen ze. Ze staat
even stil. Wat zou ze daar graag heen lopen, rennen. Naar hen, met hun rustige,
natuurlijke tred. Hun relaxte uitstraling. Ze werpen en blik terug, naar haar,
en vervolgen hun pad. Richting de dam. Ze loopt verder door het natte gras. De
zon komt op. Het is een beetje heiig wat een mystieke sfeer geeft die goed past
bij haar gevoel. Rustig loopt ze door. Een Rietgors schrikt op en scheert weg.
Verbaasd kijkt ze hem na. Ze heeft geen kwaad in de zin. Een bruine roofvogel,
een Buizerd, zweeft kort en maakt dan weer een paar luie slagen met zijn brede
vleugels. Ze blijft even staan om dit schouwspel te aanschouwen. De Buizerd
hangt stil en begint te bidden. Zoals een goede gelovige voor zijn avondmaal.
Hij duikt naar beneden, pikt daar iets op. Een veldmuisje? Daarna vliegt hij met trage vleugelslagen en zijn buit weg.
De verte in. Ze vervolgt haar weg. Opeens staat ze stil, kromt haar rug en
geeft toe aan een plotseling opkomende, natuurlijke drang. Opgelucht rent ze
daarna een weer verder het weiland in. Het geeft een gevoel van vrijheid. Aan
het einde van het weiland, aan de kant van de sloot, stopt ze. Noodgedwongen.
Kwetterend rennen een paar geschrokken waterhoenen over het water bij haar
vandaan. Het leven in en op het water reageert onrustig. Een koppel eenden
peddelen naar een eindje verderop. Een zwanenkoppel blijft rustig drijven, maar
houden de boel nauwlettend in de gaten. Alert op wat er gaat gebeuren. Het
water is helder. Er zit beweging in. een schooltje kleine visjes zwemt voorbij.
Waarschijnlijk zijn het voorntjes. Die komen hier vaak voor. Aan de overkant
van de tocht, komt opeens een kudde paarden aan, in galop. Er gebeurt iets en
daar willen ze bij zijn. Nieuwsgierig kijken ze naar haar. Misschien krijgen ze
een lekker hapje, een aai of een andere verwennerij. Ze blijft nog even rustig
staan tot de rust is wedergekeerd. Dan draait ze zich om. Terug naar huis. Waar
haar ontbijt wacht. Halverwege kijkt ze nog één keer verlangend in de verte. Ze
zijn nu bij de dam. Ze twijfelen even. Dan, na een schijnbaar kort beraad, gaat
de eerste erover. De anderen kijken elkaar aan. Wie volgt? Nummer twee is nu
ook bijna aan de andere kant. Dan volgt de rest. Ze loopt nu naar huis. Sneller
dan daarnet. Weer een gemiste kans. een kans om op een nabijgelegen weiland
achter de schapen aan te rennen. Om te spelen. Niet meer dan dat want ze is
geen agressieve jager. Morgen is er weer en nieuwe dag. Nieuwe kansen. Nu is er
een heerlijke bak hondenvoer en een bak met vers water. Het leven van een hond
in de polder is een groot avontuur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten